Voorlopige resultaten T2B-COVID studie bij mensen met auto-immuunziekte en afweeronderdrukkers

Publicatie: 14 September 2021

Voorlopige resultaten T2B-COVID studie over de rol van afweeronderdrukkende medicatie in auto-immuunziekten op de werking van COVID19 vaccinatie

In de laatste weken is de werking van de vaccinaties tegen het coronavirus bij patiënten met afweeronderdrukkende medicatie (immunosuppressiva) en de noodzaak voor een derde prik in het nieuws gekomen. Wie moet wel een derde prik krijgen en wie niet? De landelijke T2B-COVID studie werd begin 2021 gestart om de werking van vaccinaties bij verschillende, vaak gebruikte afweeronderdrukkende medicijnen te onderzoeken. Deze week werden de eerste voorlopige resultaten bekend gemaakt.

Hoe goed werkt de vaccinatie?

Op dit moment doen ruim 3000 deelnemers mee aan de studie. Gezien de onzekerheid bij veel patiënten over het nut en de werking van vaccinatie tegen COVID19, hebben we besloten om op basis van de resultaten van de eerste 1500 deelnemers de belangrijkste voorlopige resultaten alvast te delen. Van de onderzochte middelen, zijn er een drietal medicijnen te noemen waarbij is gebleken dat patiënten die hiermee behandeld worden, minder goed antistoffen kunnen aanmaken. Dat zijn rituximab, ocrelizumab en fingolimod. Echter, we kunnen ook concluderen dat met uitzondering van de bovengenoemde middelen, er in de overgrote meerderheid van patiënten met allerhande soorten afweeronderdrukkende middelen een goed effect van de vaccinatie wordt gezien.

Het is belangrijk om een paar zaken te benadrukken.

  • Allereerst gaat het om voorlopige resultaten en zullen er mogelijk voor meer geneesmiddelen worden vastgesteld bij welke de vaccinatie minder goed werkt. Ook zijn niet alle middelen onderzocht.
  • Ten tweede geldt dat antistoffen nooit volledige bescherming bieden tegen besmetting met het coronavirus, maar dat er veel bewijs is dat vaccinatie zeer goed beschermt tegen ernstige ziekte en IC opname. Het is op dit moment nog niet duidelijk hoelang de bescherming tegen COVID aanhoudt maar dit vervolgen we nauwkeurig binnen onze lopende studie.
  • Als laatste geldt – en dat willen we extra benadrukken – dat de patiënten die minder of geen antistoffen maken niet geheel onbeschermd zullen zijn na de vaccinatie. Ook bij afwezigheid van antistoffen kan een ander type afweer (de zogenaamde T cellen) bescherming bieden tegen COVID, maar daar weten we nu nog te weinig van.

Op al deze punten hopen we in de nabije toekomst meer antwoorden te kunnen geven, en zullen we dankzij de deelnemers meer te weten komen.

Met vriendelijke groeten,
mede namens het gehele Target-to-B! consortium

Filip Eftimov, Marieke van Ham en Taco Kuijpers